Details
Objectnummer17300
BeschrijvingArchief van H. Halberstadt. Henri (Harry) Halberstadt, geboren Amsterdam 10 februari 1911 – overleden Overveen 1 juli 1943. Pseudoniem Fred van Hall. Verzetsdeelnemer. Gehuwd met H.E. (Riek, Riekel) Halberstadt-Spruit (na hertrouwen Verbaan-Spruit), Rotterdam 21 februari 1920 - Varsseveld 3 juni 2006. Geen kinderen.
Harry Halberstadt gold als half-Jood, omdat zijn vader Joods was. Het gezin waar hij uit voortkwam, was als volgt samengesteld: Salomon Halberstadt (1881-1927, vader), Johanna Antonetta Kruijt (1882-1963, moeder), kinderen: Eugenie Margaretha (1907-1997), Henri (1911-1943), Felix (1913-1997) en Dirk (1917-1967).
Harry Halberstadt was een aankomend dichter en tekstschrijver. Onder het pseudoniem Fred van Hall schreef hij vanaf 1932 gedichten en later ook hoorspelen. Bij het uitbreken van de oorlog woonde hij in de Amsterdamse Okeghemstraat. Hij was nog ongehuwd en werkte als magazijnbediende en ‘incassadeur’ in een tandtechnisch bedrijf. Hij was lid van de Luchtbeschermingsdienst. Al bij de Duitse inval besloot hij tot verzet over te gaan. Hij begon zijn verzetswerk in 1940 met het verspreiden van illegale geschriften, waaronder tegen de bezetter gerichte gedichten (zoals ‘Ballade van het neergeschoten vliegtuig’ en ‘Slavernij’) en novellen (zoals ‘Jan Jacob zoekt den zin van het leven’, zijn laatste werk). Samen met Karl Gröger plakte hij de gedichtjes in Amsterdam op muren en in trams.
In 1941 nam hij deel aan de Februaristaking. Hij probeerde de productie van Duitse ondernemingen te stoppen.
Op 23 april 1941 trouwde hij met Riekel Halbertsma-Spruit, een niet-Joodse Rotterdamse. Wellicht speelde daarbij een rol, dat per 23 maart 1942 ‘gemengd’ huwelijken’ verboden werden en dit huwelijk hem als half-Jood enige bescherming tegen vervolging bood.
Vanaf 3 augustus 1942 werd onder zijn leiding het anti-Duitse blad ‘Rattenkruid’ uitgegeven – eerst wekelijks als stencil, later twee-maandelijks gedrukt in een oplage van tweehonderd exemplaren – waarin werd opgeroepen tot verzet, maar ook praktische aanwijzingen werden gegeven. In totaal verschenen zeventien nummers.
Samen met de ‘Rattenkruidjongens’ Rudolf (Rudi) Bloemgarten en Karl Gröger nam hij op 15 maart 1943 deel aan een aanslag op de spoorlijn bij Amsterdam-Sloterdijk, waarbij springstof werd gebruikt. Halberstadt verschafte daarnaast onderdak en voedsel aan illegale werkers en al dan niet Joodse onderduikers. In maart 1943 was hij betrokken bij de aanslag op het Amsterdamse Bevolkingsregister. Als lid van de groep Arondéus hielp hij om het plan voor de aanslag te smeden, maar hij behoorde op 27 maart 1943 niet tot de overvallers. De onvoorzichtige voorbereiding leidde op 12 april 1943 tot de arrestatie van de meesten van hen en ook van Halberstadt. In eerste instantie wordt ook R. Halberstadt-Spruit gearresteerd, mogelijk als ‘echtgenote van’. Zij werd binnen korte tijd vrijgelaten.
Halberstadt verscheen voor het SS- und Polizeigericht, in het Koloniaal Instituut (tegenwoordig Tropeninstituut) in Amsterdam. Tijdens de rechtszaak bleek hij door de wekenlange, uitputtende verhoren “totaal uitgeput”, aldus W. Arondéus: hij maakte een ‘absolute Haftpsychose’ door. Arondéus: ‘Hij kan niet staan, lopen, zitten, beeft, heeft overal pijn, kijkt met grote angstige ogen rond, praat verward en op verkeerde momenten, is doodsbang om gefusilleerd te worden, zoekt aldoor hulp en steun bij de Moffen en praat voortdurend en tegen iedereen Duits.’
Halberstadt-Spruit bracht de SS onder de aandacht, dat hij als gevolg van verwaarlozing in zijn jeugd psychische problemen had - tevergeefs. Vanwege het vervaardigen van ‘Rattenkruid’ en zijn aandeel in de spoorwegaanslag werd hij op 18 juni 1943 ter dood veroordeeld. Met andere veroordeelden uit de groep Arondéus werd hij in een dubbele cel van het Huis van bewaring aan de Amsterdamse Weteringschans vastgezet. Negen dagen later werd hun gratieverzoek afgewezen. De laatste nacht werd wakend doorgebracht, in aanwezigheid van een predikant. In een laatste bericht schreef Halberstadt: ‘Ik weet, dat ik den eeuwigen vrede tegemoet ga. Ik vertrouw op God.’
Op 1 juli 1943 werden deze leden van de groep Arondéus, waaronder Harry Halberstadt, in de duinen bij Overveen geëxecuteerd en in een gemeenschappelijk graf begraven. Op 18 juli 1945 werd het graf gevonden (grafkuil VI). In de loop van augustus werden de overblijfselen geïdentificeerd door de nabestaanden, waaronder Halberstadt-Spruit. In het najaar van 1945 zijn de stoffelijke resten herbegraven op de Erebegraafplaats Overveen in Bloemendaal (graf 18). De tekst op Halberstadts grafsteen is van Stefan Zweig: ‘Nur der sich ganz verliert ist sich gegeben.’
In 1953 kreeg het voormalige Bevolkingsregister in Amsterdam een gedenksteen, waarmee ook Harry Halberstadt gememoreerd wordt.
In het archief bevindt zich uitgebreide correspondentie, waaronder zijn afscheidsbrief. Voorts de Bijbel en de bundel Chinese gedichten, die hij in zijn laatste uren bij zich in zijn cel had. Voorts een jeugdalbum en enige losse portretten van zijn echtgenote en van hemzelf. Voorts een afschrift van de aanklacht.
Harry Halberstadt gold als half-Jood, omdat zijn vader Joods was. Het gezin waar hij uit voortkwam, was als volgt samengesteld: Salomon Halberstadt (1881-1927, vader), Johanna Antonetta Kruijt (1882-1963, moeder), kinderen: Eugenie Margaretha (1907-1997), Henri (1911-1943), Felix (1913-1997) en Dirk (1917-1967).
Harry Halberstadt was een aankomend dichter en tekstschrijver. Onder het pseudoniem Fred van Hall schreef hij vanaf 1932 gedichten en later ook hoorspelen. Bij het uitbreken van de oorlog woonde hij in de Amsterdamse Okeghemstraat. Hij was nog ongehuwd en werkte als magazijnbediende en ‘incassadeur’ in een tandtechnisch bedrijf. Hij was lid van de Luchtbeschermingsdienst. Al bij de Duitse inval besloot hij tot verzet over te gaan. Hij begon zijn verzetswerk in 1940 met het verspreiden van illegale geschriften, waaronder tegen de bezetter gerichte gedichten (zoals ‘Ballade van het neergeschoten vliegtuig’ en ‘Slavernij’) en novellen (zoals ‘Jan Jacob zoekt den zin van het leven’, zijn laatste werk). Samen met Karl Gröger plakte hij de gedichtjes in Amsterdam op muren en in trams.
In 1941 nam hij deel aan de Februaristaking. Hij probeerde de productie van Duitse ondernemingen te stoppen.
Op 23 april 1941 trouwde hij met Riekel Halbertsma-Spruit, een niet-Joodse Rotterdamse. Wellicht speelde daarbij een rol, dat per 23 maart 1942 ‘gemengd’ huwelijken’ verboden werden en dit huwelijk hem als half-Jood enige bescherming tegen vervolging bood.
Vanaf 3 augustus 1942 werd onder zijn leiding het anti-Duitse blad ‘Rattenkruid’ uitgegeven – eerst wekelijks als stencil, later twee-maandelijks gedrukt in een oplage van tweehonderd exemplaren – waarin werd opgeroepen tot verzet, maar ook praktische aanwijzingen werden gegeven. In totaal verschenen zeventien nummers.
Samen met de ‘Rattenkruidjongens’ Rudolf (Rudi) Bloemgarten en Karl Gröger nam hij op 15 maart 1943 deel aan een aanslag op de spoorlijn bij Amsterdam-Sloterdijk, waarbij springstof werd gebruikt. Halberstadt verschafte daarnaast onderdak en voedsel aan illegale werkers en al dan niet Joodse onderduikers. In maart 1943 was hij betrokken bij de aanslag op het Amsterdamse Bevolkingsregister. Als lid van de groep Arondéus hielp hij om het plan voor de aanslag te smeden, maar hij behoorde op 27 maart 1943 niet tot de overvallers. De onvoorzichtige voorbereiding leidde op 12 april 1943 tot de arrestatie van de meesten van hen en ook van Halberstadt. In eerste instantie wordt ook R. Halberstadt-Spruit gearresteerd, mogelijk als ‘echtgenote van’. Zij werd binnen korte tijd vrijgelaten.
Halberstadt verscheen voor het SS- und Polizeigericht, in het Koloniaal Instituut (tegenwoordig Tropeninstituut) in Amsterdam. Tijdens de rechtszaak bleek hij door de wekenlange, uitputtende verhoren “totaal uitgeput”, aldus W. Arondéus: hij maakte een ‘absolute Haftpsychose’ door. Arondéus: ‘Hij kan niet staan, lopen, zitten, beeft, heeft overal pijn, kijkt met grote angstige ogen rond, praat verward en op verkeerde momenten, is doodsbang om gefusilleerd te worden, zoekt aldoor hulp en steun bij de Moffen en praat voortdurend en tegen iedereen Duits.’
Halberstadt-Spruit bracht de SS onder de aandacht, dat hij als gevolg van verwaarlozing in zijn jeugd psychische problemen had - tevergeefs. Vanwege het vervaardigen van ‘Rattenkruid’ en zijn aandeel in de spoorwegaanslag werd hij op 18 juni 1943 ter dood veroordeeld. Met andere veroordeelden uit de groep Arondéus werd hij in een dubbele cel van het Huis van bewaring aan de Amsterdamse Weteringschans vastgezet. Negen dagen later werd hun gratieverzoek afgewezen. De laatste nacht werd wakend doorgebracht, in aanwezigheid van een predikant. In een laatste bericht schreef Halberstadt: ‘Ik weet, dat ik den eeuwigen vrede tegemoet ga. Ik vertrouw op God.’
Op 1 juli 1943 werden deze leden van de groep Arondéus, waaronder Harry Halberstadt, in de duinen bij Overveen geëxecuteerd en in een gemeenschappelijk graf begraven. Op 18 juli 1945 werd het graf gevonden (grafkuil VI). In de loop van augustus werden de overblijfselen geïdentificeerd door de nabestaanden, waaronder Halberstadt-Spruit. In het najaar van 1945 zijn de stoffelijke resten herbegraven op de Erebegraafplaats Overveen in Bloemendaal (graf 18). De tekst op Halberstadts grafsteen is van Stefan Zweig: ‘Nur der sich ganz verliert ist sich gegeben.’
In 1953 kreeg het voormalige Bevolkingsregister in Amsterdam een gedenksteen, waarmee ook Harry Halberstadt gememoreerd wordt.
In het archief bevindt zich uitgebreide correspondentie, waaronder zijn afscheidsbrief. Voorts de Bijbel en de bundel Chinese gedichten, die hij in zijn laatste uren bij zich in zijn cel had. Voorts een jeugdalbum en enige losse portretten van zijn echtgenote en van hemzelf. Voorts een afschrift van de aanklacht.
TrefwoordHALBERSTADT, H.; HALL, F.J. VAN; GRÖGER, K.B.R.P.; REITSMA, A.C.J.; AMSTERDAM; PERS, ILLEGAAL; JODENVERVOLGING; VERZET, JOODS; JAMPOLLER, L.; GEVANGENIS, WETERINGSCHANS; STAKING, FEBRUARISTAKING; EGODOCUMENTEN
ObjectcategorieCollectie Halberstadt
InventarisDocumenten
-Bijbel, Statenvertaling, uitgave van het Nederlands Bijbelgenootschap, 1899 (22x14x4,5cm). Was in zijn cel in zijn bezit. Met rood leeslint. De laatste pagina is eruit gescheurd.
-H. Betge, ‘Die Chinesische Flöte’ (Leipzig 1922), met aantekeningen (18,5x12,5x2 cm.) Het voorblad ligt los. Was in zijn cel in zijn bezit. In deze bundel Chinese poëzie schrijft hij met een afgebrande lucifer datums bij passages en opmerkingen voor H.E. Halberstadt-Spruit. Een zo’n passage: ‘Die Einsame’ van Wang-Seng-Yu, tweede strofe: ‘Ik weine, weine; meine armen Tränen / Rinnen so heiss und bitter von den Wangen, / Weil du so fern bist meiner grossen Sehnsucht, / Weil du es nie begreifen wirst, / Wie weh mir ist, wenn ich niet bei dir bin.’, toegevoegde datum ’22.6.43’ (22 juni 1943, pag. 15)
Map 1
-foto-album met rood omslag (24x21x3 cm.) plm. 25 pp., in hoofdzaak portretten en ongedwongen opnamen, jeugdfoto’s, een foto van zijn pleegmoeder (liefkozend de groene draak gesnoemd) maar ook perskaarten. Wie het album heeft samengesteld, en wanneer, is onbekend.
‘Anklageverfügung’ (tenlastelegging) van de SS (betreffende de aanslag op het Bevolkingsregister), 11 juni 1943 (met adressering ‘Plein 1 Den Haag’) met vermelding van H. Halberstadt
-Duinhoven, A. van, ‘Henri Halberstadt’, ongedateerd manuscript, 3 pp.
-verklaring op formulier van R. Halberstadt over verblijf in gevangenis Havenstraat, Amsterdam, ongedateerd
-rouwkaart van Hendrika Elizabeth (Riek) Spruit (Rotterdam 21 februari 1920 - Varsseveld 3 juni 2006) (weduwe van H. Halberstadt en van J.Verbaan)
-rouwkaart van A.C.J. Reitsma (26 juli 1922 – 1 juli 1943) (bijgevoegd was een portretfoto (voluit, bij een beek), zie foto’s)
-aantekenvel met persoonsgegevens van de moeder en broer van H. Halberstadt, ongedateerd
-brochure ‘Plechtige herdenking van de 422 slachtoffers’, Sint Bavokerk, Haarlem, 27 november 1945
-getypte versie van R. Camperts ‘De achttien dooden’, ongedateerd
Map 2
-krantenberichten tijdens bezetting
-‘straffen voor den aanslag op Bevolkingsregister van Amsterdam’, in: ‘De Telegraaf’, 1 juli 1943
-‘Algemeen Handelsblad’, 2 februari 1943
-‘Bekendmaking vier doodvonnissen’, in onbekend dagblad, ongedateerd (juni 1943)
Gedichten
-‘Voor Riekel’, augustus 1940
-‘Meditatie’, augustus 1940
-‘Zonder titel’ (eerste regel 'Waarom ik'), augustus 1940
-‘Vriendschap’, 11 september 1940
-‘De weduwnaar’, September 1940
-‘Zonder titel’ (eerste regel 'Wie nimmer stuur vond'), 13 september 1940
-‘Zaansche elegie’, 14 juni 1942
-‘Zonder titel’ (eerste regel 'Wat ik heb'), 23 januari 1943
-‘Zonder titel’ (eerste regel “Ik ben eerst bang geweest”), 23 januari 1943
Map 3
Manuscripten
-F. van Hall, ‘Het verleden keert altijd terug’, ongedateerd. 52 pp.
-F. van Hall, ‘Novellen in briefvorm’; ongedateerd, plm. 50 pp.
-F. van Hall, ‘Twee een-acters’, 1939. 13 pp.
-F. van Hall, ‘Wozzeck’, ongedateerd. 28 pp.
-[H. Halberstadt], [zonder titel], ‘De dag heeft zich moeizaam (….)’ , ongedateerd. Ongepag.
-[H. Halberstadt], [zonder titel], ‘eerste tafereel’ (folioformaat), ongedateerd en ongepag.
-[H. Halberstadt], [zonder titel], ‘Voorwoord bij ‘Drie herten’, ongepag. 7 pp.
Map 4
Correspondentie
-brief van (onleesbaar), medewerker van De Centrale Arbeiders Levensverzekeringsmaatschappij aan H. Halbersma, Den Haag, 11 november 1942
-verklaring van H.E. Halberstadt-Spruit, 30 april 1943
-brief van (onleesbaar) Spruit-Verboom aan onbekende vrouw, Rotterdam, 2 mei 1943
-brief van J.A. Halberstadt-Kruyt (moeder van) aan H.E. Halberstadt-Spruit, z.p., 30 mei 1945
-brief van (moeder van R. Halberstadt-Spruit), Frank en Annie (geen achternaam) aan H.E. Halberstadt-Spruit, z.p., 31 mei 1945 (deel weggescheurd)
-brief van H.E. Halberstadt-Spruit aan H. Halberstadt, Amsterdam, 2 juni 1943 (toegevoegd is haar portret, in dit archief foto 1)
-Brief van de Dienst der Belastingen, verzoek om memorie van aangifte in het kader van successiewet poststempel 10 juni 1944
verklaring op formulier van H. Halberstadt over verblijf in gevangenis Havenstraat, Amsterdam, 11 juni 1943
-brief van H. Halberstadt aan H.E. Halberstadt-Spruit, , 16 juni 1943
-brief van René en Willy [Bink] aan H. Halberstadt, Amsterdam, 20 juni 1943
-voorzijde brief van (onleesbaar, oom) aan H. Halberstadt, 21 juni 1943 keerzijde brief van H.E. Halberstadt-Spruit (echtgenoot) aan H. Halberstadt, Amsterdam, 24 juni 1943 (doorslag)
-brief van J.A. Halberstadt-Kruit aan H.E. Halberstadt-Spruit, zonder plaats, 30 juni 1943
Halberstadt-Kruyt (moeder) aan H. Halberstadt, zonder plaats, 21 juni 1943
-brief van (een broer) aan H. Halberstadt, Amsterdam, 22 juni 1943
-brief van H. Halberstadt aan H.E. Halberstadt-Spruit,Amsterdam , 29 juni 1943. 7 pp.
-brief van H. Halberstadt aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 1 juli 1943 (toegevoegd enkele ongedateerde notities en replica achterzijde brief)
-brief van Liena, Hanna en Marry (geen achternaam) aan H. Halberstadt (ongedateerd, afscheidsbrief juni 1943)
-brief van A. Duinkerken aan H. Halberstadt, zonder plaats, ongedateerd (afscheidsbrief, juni 1943)
-brief van H.E. Halberstadt-Spruit, Willem en Cees (geen achternamen) aan (Riekel), zonder plaats, 1 juli 1943 (verwijst naar ‘Chinesische Flöte’ in dit archief)
-brief van (moeder van R. Halberstadt-Spruit), Frank en Annie (geen achternaam) aan H.E. Halberstadt-Spruit, z.p., 31 mei 1945 (deel weggescheurd)
-brief van (niet ondertekend aan (beste jongen, H. Halberstadt), z.p., a.d. (juni 1943)
-rondschrijven van N. Lulofs-Otten en A.M. Le Cosquino de Bussy-van der Lelie, , augustus 1945 (betreft identificatie stoffelijk overschot)
-brief van J. Weesing aan M.E. Halberstadt, Amsterdam, 14 december 1945 (honorarium geplaatst gedicht)
-brief van (onleesbaar, minister van OKW) aan H.E. Halverstadt-Spruit (weduwe), Den Haag, 20 december 1945 (toekenning subsidie)
-sousje betaling Minister van Onderwijs. betreft subsidie, 20 december 1945
-brief van L. Winkel aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 23 februari 1950
-brief van H.E. Halberstadt-Spruit aan L. Winkel, Amsterdam, 1 maart 1950
-brief van L. Winkel aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 3 maart 1950
-brief van L. Winkel aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 8 maart 1950
-brief van (ongesigneerd, ‘tweede moeder’) aan H. Halberstadt, ongedateerd (afscheidsbrief)
-schrijven van H.E. Halberstadt-Spruit, geen adressering (wrs. J. Romein), z.p. en z.d.
-brief van Frank Spruit (zwager) aan H. Halberstadt, z.p., z.d.
-fragment van een brief “Cuypers. Hartelijk dank” (onleesbare afzender) aan H. Halberstadt, ongedateerd
-uitnodiging voor de inwijding van de Erebegraafplaats Overveen op 27 november 1945 (niet op naam)
-tekst van Diepenbrock en bijbelcitaat gepubliceerd ter gelegenheid van bovengenoemde plechtigheid
-brief van A.J. Vos, secretaris van de plantage buurtvereniging aan H.E. van de[r] Baan-Spruit, Amsterdam, 12 maart 1968
-maandblad van de Vereniging Plantage- en Weesperbuurt, april 1968
-uitnodiging en programma van de Plantage-Weesperbuurtvereniging van een herdenking, Verzetsmuseum Amsterdam, 27 maart 2003
-uitnodiging voor een boekpresentatie van een biografie over H. Arondéus, uitgeverij de Arbeiderspers, Verzetsmuseum Amsterdam, 19 juni [2003]
-brieven van P. Scharp, Pijnacker aan J. Weenink, 12 maart 2003 – 20 december 2004 (betreffende genealogisch onderzoek Halberstadt)
-brief van Hetty (achternaam) aan R. Halberstadt, Montmoreny, 14 mei (geen jaar)
-enveloppe van J.Romein (advocaat?) aan R. Halberstadt-Spruit, ongedateerd
Foto’s
1 portret van H. Halberstadt (halfprofiel), 1940 2.
2 portret van H.E. Spruit (fotograaf B. Kowadlo)
3 portret van K. Gröger
4 portret van A.C.J. Reitsma, voluit, bij een beek, ongedateerd
5 portret van (de onbekende) R. (Reinier) van Gogh, 1936 (staand, voluit)
6 portret van L. (Lil) Jampoller, 18 september 1934 (zie opm.)
Ongenummerd
-zoontje van (de onbekende) Siets en Kees Pienen in een box in het kinderverblijf de Witte Singel, Leiden (liggend -formaat)
-zoontje van Siets en Kees Pienen in een box in de Witte Singel (staand formaat)
-zoontje van Siets en Kees Pienen in een box in de Witte Singel, Leiden (diagonale beeldopbouw)
-kinderen, staand in een kring in de Witte Singel, 1944
-kinderen, handen ineen, stand in een kring in de Witte Singel, 1944
-groepsportret een box in de Witte Singel, 1944
-kind in een box in de Witte Singel, vooroverhangend
-kind in een box in de Witte Singel, zittend
-Bijbel, Statenvertaling, uitgave van het Nederlands Bijbelgenootschap, 1899 (22x14x4,5cm). Was in zijn cel in zijn bezit. Met rood leeslint. De laatste pagina is eruit gescheurd.
-H. Betge, ‘Die Chinesische Flöte’ (Leipzig 1922), met aantekeningen (18,5x12,5x2 cm.) Het voorblad ligt los. Was in zijn cel in zijn bezit. In deze bundel Chinese poëzie schrijft hij met een afgebrande lucifer datums bij passages en opmerkingen voor H.E. Halberstadt-Spruit. Een zo’n passage: ‘Die Einsame’ van Wang-Seng-Yu, tweede strofe: ‘Ik weine, weine; meine armen Tränen / Rinnen so heiss und bitter von den Wangen, / Weil du so fern bist meiner grossen Sehnsucht, / Weil du es nie begreifen wirst, / Wie weh mir ist, wenn ich niet bei dir bin.’, toegevoegde datum ’22.6.43’ (22 juni 1943, pag. 15)
Map 1
-foto-album met rood omslag (24x21x3 cm.) plm. 25 pp., in hoofdzaak portretten en ongedwongen opnamen, jeugdfoto’s, een foto van zijn pleegmoeder (liefkozend de groene draak gesnoemd) maar ook perskaarten. Wie het album heeft samengesteld, en wanneer, is onbekend.
‘Anklageverfügung’ (tenlastelegging) van de SS (betreffende de aanslag op het Bevolkingsregister), 11 juni 1943 (met adressering ‘Plein 1 Den Haag’) met vermelding van H. Halberstadt
-Duinhoven, A. van, ‘Henri Halberstadt’, ongedateerd manuscript, 3 pp.
-verklaring op formulier van R. Halberstadt over verblijf in gevangenis Havenstraat, Amsterdam, ongedateerd
-rouwkaart van Hendrika Elizabeth (Riek) Spruit (Rotterdam 21 februari 1920 - Varsseveld 3 juni 2006) (weduwe van H. Halberstadt en van J.Verbaan)
-rouwkaart van A.C.J. Reitsma (26 juli 1922 – 1 juli 1943) (bijgevoegd was een portretfoto (voluit, bij een beek), zie foto’s)
-aantekenvel met persoonsgegevens van de moeder en broer van H. Halberstadt, ongedateerd
-brochure ‘Plechtige herdenking van de 422 slachtoffers’, Sint Bavokerk, Haarlem, 27 november 1945
-getypte versie van R. Camperts ‘De achttien dooden’, ongedateerd
Map 2
-krantenberichten tijdens bezetting
-‘straffen voor den aanslag op Bevolkingsregister van Amsterdam’, in: ‘De Telegraaf’, 1 juli 1943
-‘Algemeen Handelsblad’, 2 februari 1943
-‘Bekendmaking vier doodvonnissen’, in onbekend dagblad, ongedateerd (juni 1943)
Gedichten
-‘Voor Riekel’, augustus 1940
-‘Meditatie’, augustus 1940
-‘Zonder titel’ (eerste regel 'Waarom ik'), augustus 1940
-‘Vriendschap’, 11 september 1940
-‘De weduwnaar’, September 1940
-‘Zonder titel’ (eerste regel 'Wie nimmer stuur vond'), 13 september 1940
-‘Zaansche elegie’, 14 juni 1942
-‘Zonder titel’ (eerste regel 'Wat ik heb'), 23 januari 1943
-‘Zonder titel’ (eerste regel “Ik ben eerst bang geweest”), 23 januari 1943
Map 3
Manuscripten
-F. van Hall, ‘Het verleden keert altijd terug’, ongedateerd. 52 pp.
-F. van Hall, ‘Novellen in briefvorm’; ongedateerd, plm. 50 pp.
-F. van Hall, ‘Twee een-acters’, 1939. 13 pp.
-F. van Hall, ‘Wozzeck’, ongedateerd. 28 pp.
-[H. Halberstadt], [zonder titel], ‘De dag heeft zich moeizaam (….)’ , ongedateerd. Ongepag.
-[H. Halberstadt], [zonder titel], ‘eerste tafereel’ (folioformaat), ongedateerd en ongepag.
-[H. Halberstadt], [zonder titel], ‘Voorwoord bij ‘Drie herten’, ongepag. 7 pp.
Map 4
Correspondentie
-brief van (onleesbaar), medewerker van De Centrale Arbeiders Levensverzekeringsmaatschappij aan H. Halbersma, Den Haag, 11 november 1942
-verklaring van H.E. Halberstadt-Spruit, 30 april 1943
-brief van (onleesbaar) Spruit-Verboom aan onbekende vrouw, Rotterdam, 2 mei 1943
-brief van J.A. Halberstadt-Kruyt (moeder van) aan H.E. Halberstadt-Spruit, z.p., 30 mei 1945
-brief van (moeder van R. Halberstadt-Spruit), Frank en Annie (geen achternaam) aan H.E. Halberstadt-Spruit, z.p., 31 mei 1945 (deel weggescheurd)
-brief van H.E. Halberstadt-Spruit aan H. Halberstadt, Amsterdam, 2 juni 1943 (toegevoegd is haar portret, in dit archief foto 1)
-Brief van de Dienst der Belastingen, verzoek om memorie van aangifte in het kader van successiewet poststempel 10 juni 1944
verklaring op formulier van H. Halberstadt over verblijf in gevangenis Havenstraat, Amsterdam, 11 juni 1943
-brief van H. Halberstadt aan H.E. Halberstadt-Spruit, , 16 juni 1943
-brief van René en Willy [Bink] aan H. Halberstadt, Amsterdam, 20 juni 1943
-voorzijde brief van (onleesbaar, oom) aan H. Halberstadt, 21 juni 1943 keerzijde brief van H.E. Halberstadt-Spruit (echtgenoot) aan H. Halberstadt, Amsterdam, 24 juni 1943 (doorslag)
-brief van J.A. Halberstadt-Kruit aan H.E. Halberstadt-Spruit, zonder plaats, 30 juni 1943
Halberstadt-Kruyt (moeder) aan H. Halberstadt, zonder plaats, 21 juni 1943
-brief van (een broer) aan H. Halberstadt, Amsterdam, 22 juni 1943
-brief van H. Halberstadt aan H.E. Halberstadt-Spruit,Amsterdam , 29 juni 1943. 7 pp.
-brief van H. Halberstadt aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 1 juli 1943 (toegevoegd enkele ongedateerde notities en replica achterzijde brief)
-brief van Liena, Hanna en Marry (geen achternaam) aan H. Halberstadt (ongedateerd, afscheidsbrief juni 1943)
-brief van A. Duinkerken aan H. Halberstadt, zonder plaats, ongedateerd (afscheidsbrief, juni 1943)
-brief van H.E. Halberstadt-Spruit, Willem en Cees (geen achternamen) aan (Riekel), zonder plaats, 1 juli 1943 (verwijst naar ‘Chinesische Flöte’ in dit archief)
-brief van (moeder van R. Halberstadt-Spruit), Frank en Annie (geen achternaam) aan H.E. Halberstadt-Spruit, z.p., 31 mei 1945 (deel weggescheurd)
-brief van (niet ondertekend aan (beste jongen, H. Halberstadt), z.p., a.d. (juni 1943)
-rondschrijven van N. Lulofs-Otten en A.M. Le Cosquino de Bussy-van der Lelie, , augustus 1945 (betreft identificatie stoffelijk overschot)
-brief van J. Weesing aan M.E. Halberstadt, Amsterdam, 14 december 1945 (honorarium geplaatst gedicht)
-brief van (onleesbaar, minister van OKW) aan H.E. Halverstadt-Spruit (weduwe), Den Haag, 20 december 1945 (toekenning subsidie)
-sousje betaling Minister van Onderwijs. betreft subsidie, 20 december 1945
-brief van L. Winkel aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 23 februari 1950
-brief van H.E. Halberstadt-Spruit aan L. Winkel, Amsterdam, 1 maart 1950
-brief van L. Winkel aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 3 maart 1950
-brief van L. Winkel aan H.E. Halberstadt-Spruit, Amsterdam, 8 maart 1950
-brief van (ongesigneerd, ‘tweede moeder’) aan H. Halberstadt, ongedateerd (afscheidsbrief)
-schrijven van H.E. Halberstadt-Spruit, geen adressering (wrs. J. Romein), z.p. en z.d.
-brief van Frank Spruit (zwager) aan H. Halberstadt, z.p., z.d.
-fragment van een brief “Cuypers. Hartelijk dank” (onleesbare afzender) aan H. Halberstadt, ongedateerd
-uitnodiging voor de inwijding van de Erebegraafplaats Overveen op 27 november 1945 (niet op naam)
-tekst van Diepenbrock en bijbelcitaat gepubliceerd ter gelegenheid van bovengenoemde plechtigheid
-brief van A.J. Vos, secretaris van de plantage buurtvereniging aan H.E. van de[r] Baan-Spruit, Amsterdam, 12 maart 1968
-maandblad van de Vereniging Plantage- en Weesperbuurt, april 1968
-uitnodiging en programma van de Plantage-Weesperbuurtvereniging van een herdenking, Verzetsmuseum Amsterdam, 27 maart 2003
-uitnodiging voor een boekpresentatie van een biografie over H. Arondéus, uitgeverij de Arbeiderspers, Verzetsmuseum Amsterdam, 19 juni [2003]
-brieven van P. Scharp, Pijnacker aan J. Weenink, 12 maart 2003 – 20 december 2004 (betreffende genealogisch onderzoek Halberstadt)
-brief van Hetty (achternaam) aan R. Halberstadt, Montmoreny, 14 mei (geen jaar)
-enveloppe van J.Romein (advocaat?) aan R. Halberstadt-Spruit, ongedateerd
Foto’s
1 portret van H. Halberstadt (halfprofiel), 1940 2.
2 portret van H.E. Spruit (fotograaf B. Kowadlo)
3 portret van K. Gröger
4 portret van A.C.J. Reitsma, voluit, bij een beek, ongedateerd
5 portret van (de onbekende) R. (Reinier) van Gogh, 1936 (staand, voluit)
6 portret van L. (Lil) Jampoller, 18 september 1934 (zie opm.)
Ongenummerd
-zoontje van (de onbekende) Siets en Kees Pienen in een box in het kinderverblijf de Witte Singel, Leiden (liggend -formaat)
-zoontje van Siets en Kees Pienen in een box in de Witte Singel (staand formaat)
-zoontje van Siets en Kees Pienen in een box in de Witte Singel, Leiden (diagonale beeldopbouw)
-kinderen, staand in een kring in de Witte Singel, 1944
-kinderen, handen ineen, stand in een kring in de Witte Singel, 1944
-groepsportret een box in de Witte Singel, 1944
-kind in een box in de Witte Singel, vooroverhangend
-kind in een box in de Witte Singel, zittend